Vertaling van aanvangen
Inhoud:
Nederlands
Portugees
aanbinden, aanvangen, beginnen {ww.}
começar
iniciar
iniciar
Laten we beginnen.
Vamos começar.
Ge moet onmiddellijk beginnen.
Deves começar imediatamente.
aanbreken, aanvangen, beginnen, ingaan {ww.}
começar
Ik weet niet waar te beginnen.
Não sei onde começar.
Het experiment moet beginnen.
O experimento tem de começar.