Vertaling van ben
Inhoud:
Nederlands
Portugees
ben , korf , mand , slof {zn.}
cesta
cesto
cesto
Leg alles in mijn korf.
Ponha tudo na minha cesta.
Er waren veel rotte appels in de mand.
Havia muitas maçãs podres na cesta.
wezen, zijn {ww.}
ser
estar
existir
achar-se
estar
existir
achar-se
Ze lijkt gelukkig te zijn.
Ela parece estar feliz.
Morgen moet het werk af zijn.
O trabalho deve estar concluído até amanhã.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Portugees
Ik ben oude.
Eu estou velha.
Ben je klaar?
Você terminou?
Ik ben verkouden.
Eu peguei um resfriado.
Ik ben van Shikoku.
Eu sou de Shikoku.
Pardon, ik ben verdwaald.
Com licença, eu estou perdido.
Ik ben een held.
Eu sou um herói.
Ik ben Antonio.
Eu sou Antônio.
Ik ben erg gevaarlijk.
Eu sou muito perigoso.
Ik ben Susan Greene.
Eu sou Susan Greene.
Ik ben zo terug.
Voltarei logo.
Ik ben in Parijs.
Estou em Paris.
Ik ben moe!
Eu estou cansada!
Ik ben ziek.
Sou doente.
Ben je vermagerd?
Você está mais magro?
Ik ben zo'n dwaas.
Sou tão bobo.