Vertaling van benauwd
Inhoud:
Nederlands
Portugees
benauwd, broeierig, drukkend, verstikkend, zwoel {bn.}
sufocante
abafado
abafado
adellijk, benauwd, goor, gortig, muf, oud, oudbakken, smoezelig {bn.}
passado
seco
seco
eng, krap, nauw, benauwd {bn.}
acanhado
apertado
estreito
apertado
estreito
benauwen, verontrusten {ww.}
alarmar
apoquentar
afligir
inquietar
apoquentar
afligir
inquietar