Vertaling van bevallen
Inhoud:
Nederlands
Portugees
bevallen {ww.}
parir
ter
dar à luz
ter
dar à luz
baren, bevallen, het leven schenken, teweegbrengen, voortbrengen {ww.}
parir
dar a luz
dar a luz
verlossen, bevallen {ww.}
partejar
aanstaan, behagen, bevallen, zinnen {ww.}
aprazer
agradar
agradar