Vertaling van brief

Inhoud:

Nederlands
Portugees
brief [m], epistel [o], zendbrief {zn.}
epístola
brief [m], epistel [o], missive [v], schrijven [o] {zn.}
carta
missiva
Ik ga morgen een brief schrijven.
Vou escrever uma carta amanhã.
Wie heeft deze brief geschreven?
Quem escreveu esta carta?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Wie heeft deze brief geschreven?

Quem escreveu esta carta?

Heeft u de brief ontvangen?

Você recebeu a carta?

Wie heeft een brief geschreven?

Quem escreveu uma carta?

Ik heb zojuist uw brief ontvangen.

Acabo de receber a sua carta.

Mijn grootmoeder postte de brief vanmorgen.

Minha avó enviou a carta hoje de manhã.

Ik ga morgen een brief schrijven.

Vou escrever uma carta amanhã.

Ik schreef haar elke dag een brief.

Eu escrevi todo dia uma carta para ela.

Gisteren heeft hij een brief geschreven.

Ontem ele escreveu uma carta.

Ik verwacht een brief van haar.

Estou esperando uma carta dela.

Ik heb deze brief in het Frans geschreven.

Eu escrevi esta carta em francês.

Ik heb een brief geschreven in het Engels.

Escrevi uma carta em inglês.

Tom kwam aangerend met een brief van Judy.

Tom veio correndo com uma carta de Judy.

Vergeet niet de brief op de post te doen.

Não esqueça de postar a carta.

De broer schreef een brief aan de zus.

O irmão escreveu uma carta para a irmã.

Ik heb haar gevraagd vier kopieën van de brief te maken.

Eu pedi que ela fizesse quatro cópias da carta.


Gerelateerd aan brief

epistel - zendbrief - missive - schrijven