Vertaling van dempen
Inhoud:
Nederlands
Portugees
dempen {ww.}
amortecer
dempen, vullen, invullen, spekken, stoppen, volmaken, volschenken {ww.}
encher
completar
completar
amortiseren, afbetalen, dempen, afschrijven {ww.}
amortizar
amortecer
amortecer