Vertaling van elk

Inhoud:

Nederlands
Portugees
elk, ieder, iedereen, al, elkeen, iegelijk {onb. vnw.}
cada
cada um
toda a pessoa
todo
à, bij, elk, ieder, telkens {vz.}
a por
à razão de


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Ik ga elk maand naar de kapper.

Vou mensalmente ao cabeleireiro.

Elk land heeft zijn nationale vlag.

Todo país tem sua bandeira nacional.

Het aantal Europeanen dat elk jaar Thailand bezoekt is erg groot.

O número de europeus que visitam a Tailândia a cada ano é muito elevado.

Voor iemand die alleen een hamer in z'n gereedschapskist heeft ziet elk probleem eruit als een spijker.

Para o homem que só tem um martelo na sua caixa de ferramentas, todo problema parece um prego.


Gerelateerd aan elk

ieder - iedereen - al - elkeen - iegelijk - à - bij - telkens