Vertaling van elkaar aantrekken
Inhoud:
Nederlands
Portugees
klitten, elkaar aantrekken {ww.}
aderir
klemmen, elkaar aantrekken {ww.}
aderir
kleven, pakken, plakken, elkaar aantrekken {ww.}
aderir
vastklampen, vastklemmen, elkaar aantrekken {ww.}
aderir
klitten, elkaar aantrekken {ww.}
aderir