Vertaling van frons

Inhoud:

Nederlands
Portugees
frons [v], geul, groef, rimpel, voor, vore, zog {zn.}
rego
sulco
calha
fronsen, samentrekken {ww.}
contrair
fronsen, rimpelen {ww.}
sulcar
enrugar
franzir
encrespar


Gerelateerd aan frons

geul - groef - rimpel - voor - vore - zog - fronsen - samentrekken - rimpelen