Vertaling van inrichten

Inhoud:

Nederlands
Portugees
inrichten, regelen, ruimen, opruimen, schikken, terechtbrengen {ww.}
arrumar
ordenar
arranjar
inrichten, oprichten, stichten, vestigen {ww.}
estabelecer


Gerelateerd aan inrichten

regelen - ruimen - opruimen - schikken - terechtbrengen - oprichten - stichten - vestigen