Vertaling van kust
Inhoud:
Nederlands
Portugees
kust , kustlijn , zeekust {zn.}
litoral
costa
costa
boord , kant , kust , oever , wal , waterkant {zn.}
margem
borda
borda
kussen, zoenen {ww.}
beijar
Ik wil je zoenen.
Eu quero te beijar.