Vertaling van lokaal

Inhoud:

Nederlands
Portugees
lokaal, plaatselijk {bn.}
local
locativo
lokaal, plaats [v], plek, oord {zn.}
lugar
sítio
sede
recinto
local
Wat is de mooiste plek van de wereld?
Qual é o lugar mais bonito do mundo?
Laten we van plaats wisselen.
Vamos trocar de lugar.
kamer [v], lokaal [o], vertrek [o] {zn.}
quarto
sala
câmara
aposento
Er is niemand in de kamer.
Não há ninguém na sala.
Laten we onze kamer kuisen.
Limpemos nosso quarto.


Gerelateerd aan lokaal

plaatselijk - plaats - plek - oord - kamer - vertrek