Vertaling van luister

Inhoud:

Nederlands
Portugees
luister [m], praal, pracht, vertoon {zn.}
ostentação
pompa
gala
aanhoren, luisteren, beluisteren, toehoren, toeluisteren {ww.}
ouvir
escutar
dar atenção a
Ik ben het beu om naar haar gezaag te luisteren.
Estou cansado de ouvir as reclamações dela.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Luister!

Escutem-me!

Ik luister countrymuziek.

Estou ouvindo música country.

Zwijg en luister, jongen!

Cale a boca e escute, garota!

Ik luister naar muziek.

Ouço música.

Stop met praten en luister.

Para de falar e escuta.

Ik luister graag naar muziek.

Gosto de escutar música.

Stop met spreken en luister naar mij.

Para de falar e me escuta.


Gerelateerd aan luister

praal - pracht - vertoon - aanhoren - luisteren - beluisteren - toehoren - toeluisteren