Vertaling van meester
Inhoud:
Nederlands
Portugees
meester , grootmeester , maëstro {zn.}
mestre
instructeur , leraar , onderwijzer , meester {zn.}
professor
mestre
mestre
Ik ben ook leraar.
Eu sou professor também.
Hij is leraar.
Ele é professor.
doctorandus , magister , meester , licentiaat {zn.}
magíster
licenciado
licenciado
baas , meester , heer, patroon {zn.}
senhor
dono
patrão
amo
dono
patrão
amo