Vertaling van ploegen
Inhoud:
Nederlands
Portugees
ploegen, beploegen, omploegen {ww.}
lavrar
arar
arar
ploeg (mv. ploegen) {zn.}
arado
compagnie , ploeg (mv. ploegen), rot, vendel {zn.}
companhia
turma
bando
turma
bando
equipe , ploeg (mv. ploegen), team {zn.}
time
equipe
equipe
Welk team zal winnen?
Qual time vai vencer?
George is onze team aanvoerder.
George é o capitão do nosso time.