Vertaling van regel

Inhoud:

Nederlands
Portugees
regel {zn.}
regra
preceito
Hij heeft mij de regel uitgelegd.
Ele me explicou a regra.
linie [v], lijn [v], regel, schreef, streep, toer {zn.}
ramo
linha
norm, regel, standaardmaat {zn.}
padrão
norma
regelen, organiseren, uitschrijven {ww.}
organizar
inrichten, regelen, ruimen, opruimen, schikken, terechtbrengen {ww.}
arrumar
ordenar
arranjar
regelen, reglementeren, reguleren, vereffenen {ww.}
regularizar
aanrichten, arrangeren, ordenen, regelen {ww.}
preparar
ordenar
arrumar
dispor
arranjar