Vertaling van rits

Inhoud:

Nederlands
Portugees
scheuring [v], rits, scheur {zn.}
fragmento
ritssluiting [v], treksluiting [v], rits {zn.}
zíper
afhalen, rissen, ritsen, wegnemen {ww.}
tirar
descontar


Gerelateerd aan rits

scheuring - scheur - ritssluiting - treksluiting - afhalen - rissen - ritsen - wegnemen