Vertaling van spoel

Inhoud:

Nederlands
Portugees
spoel {zn.}
fuso
klos, spoel {zn.}
carretel
carrinho
bobina
schuitje [o], spoel, inslagspoel, weversspoel {zn.}
lançadeira
spoelen, winden, op een klos winden, opwinden {ww.}
enrolar em bobina
dobar
gorgelen, spoelen, afspoelen {ww.}
enxaguar
gargarejar
bochechar