Vertaling van straf
Inhoud:
Nederlands
Portugees
bestraffing , straf {zn.}
punição
castigo
castigo
fiks, geducht, krachtig, sterk, straf, zwaar {bn.}
forte
bar, duchtig, hard, straf, streng, zwaar {bn.}
austero
rígido
rigoroso
severo
rígido
rigoroso
severo
straffen, bestraffen {ww.}
punir
castigar
castigar