Vertaling van sturen
Inhoud:
Nederlands
Portugees
besturen, dirigeren, mennen, richten, sturen {ww.}
guiar
governar
encaminhar
gerir
dirigir
governar
encaminhar
gerir
dirigir
doen toekomen, sturen, opsturen, zenden, opzenden, verzenden {ww.}
mandar
remeter
enviar
remeter
enviar
Kun je dat per e-mail sturen?
Você pode mandar isso por e-mail?
Als ik je een spekje kon sturen, Trang, zou ik het doen.
Se eu pudesse te mandar um marshmallow, Trang, eu mandaria.
besturen, sturen {ww.}
dirigir
guiar
conduzir
guiar
conduzir
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Portugees
Kun je dat per e-mail sturen?
Você pode mandar isso por e-mail?
Als ik je een spekje kon sturen, Trang, zou ik het doen.
Se eu pudesse te mandar um marshmallow, Trang, eu mandaria.