Vertaling van vaak

Inhoud:

Nederlands
Portugees
dikwijls, gedurig, menigmaal, vaak, veel, veelal, veeltijds {bw.}
amiúde
frequentemente
freqüentemente
muitas vezes


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Hij wordt vaak verliefd.

Ele frequentemente se apaixona.

Kom je hier vaak?

Você vem aqui com frequência?

Ga je vaak winkelen?

Você faz compras com frequência?

Dat is iets dat vrij vaak gebeurt.

Isso é algo que acontece frequentemente.

Ik lees dit soort boek niet vaak.

Não leio muito esse tipo de livro.

Mensen van je leeftijd hebben vaak dit probleem.

As pessoas da sua idade geralmente têm este problema.

Ik speelde vaak honkbal toen ik jong was.

Eu jogava muito basebol quando era jovem.

Hoe vaak moet ik nog herhalen dat ze mijn vriendin niet is?

Quantas vezes tenho de repetir que ela não é minha amiga?

Hoe vaak knippert een mens gemiddeld per minuut met zijn ogen?

Quantas vezes por minuto uma pessoa pisca em média?


Gerelateerd aan vaak

dikwijls - gedurig - menigmaal - veel - veelal - veeltijds