Vertaling van verlangen
Inhoud:
Nederlands
Portugees
begeren, trek hebben in, verkiezen, verlangen, wensen {ww.}
pretender
querer
desejar
querer
desejar
hunkeren, reikhalzen, verlangen, smachten, zuchten, zuchten naar {ww.}
suspirar
ter saudades de
dar ais
ter saudades de
dar ais
begeerte , zucht , lust, verlangen, wens, zin {zn.}
desejo
pretensão
anseio
pretensão
anseio
Mijn wens is om deze berg te bedwingen.
O meu desejo é conquistar essa montanha.
"Wat is je wens?" vroeg het witte konijntje.
''Qual é teu desejo?'', perguntou o pequeno coelho branco.