Vertaling van vertrouwen

Inhoud:

Nederlands
Portugees
vertrouwen, toevertrouwen, vertrouwen hebben in {ww.}
confiar
ter confiança em
crer
contar com
Het enige wat jullie kunnen doen, is elkaar vertrouwen.
Tudo que vocês podem fazer é confiar um no outro.
Als de wereld niet was zoals ze is, zou ik iedereen kunnen vertrouwen.
Se o mundo não fosse como ele é hoje, eu poderia confiar em qualquer um.
vertrouwen {zn.}
confiança
fiducie hebben in, vertrouwen, vertrouwen stellen in {ww.}
ter fé
fiducie [v], geloof, vertrouwen {zn.}
fé


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Je kan hem vertrouwen dat hij zijn woord zal houden.

Você pode acreditar que ele irá manter a sua palavra.

Dat is iemand op wie je kan vertrouwen.

Ele é um homem com o qual você pode contar.

Het enige wat jullie kunnen doen, is elkaar vertrouwen.

Tudo que vocês podem fazer é confiar um no outro.

Als de wereld niet was zoals ze is, zou ik iedereen kunnen vertrouwen.

Se o mundo não fosse como ele é hoje, eu poderia confiar em qualquer um.