Vertaling van visite

Inhoud:

Nederlands
Portugees
bezoek [o], visite {zn.}
visita
Ik ben er weer! O, hebben we bezoek?
Voltei. Oh, temos visita?
Ik was blij met haar onverwacht bezoek.
Fiquei feliz com a visita inesperada dela.


Gerelateerd aan visite

bezoek