Vertaling van vroeger

Inhoud:

Nederlands
Portugees
verleden, voorafgaand, voorgaand, vorig, vroeger {bn.}
antecedente
anterior
precedente
ex-, gewezen, oud-, voormalig, vroeger
ex-
gewezen, voormalig, vroeger {bn.}
passado
daarvoor, eerder, indertijd, vooraan, voorheen, vroeger, weleer {bw.}
anteriormente
antes
em lugar anterior


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Vroeger reed mijn vader een Kever.

Meu pai dirigia um Fusca.

Bell woonde vroeger in Londen, of niet?

O Bell morava em Londres, né?

Tv is ook niet meer wat het vroeger was.

A TV também não é mais o que era.

Vroeger dachten mensen dat de aarde plat was.

Antigamente, as pessoas acreditavam que a Terra era plana.


Gerelateerd aan vroeger

verleden - voorafgaand - voorgaand - vorig - ex- - gewezen - oud- - voormalig - daarvoor - eerder - indertijd - vooraan - voorheen - weleer