Vertaling van acomodar

Inhoud:

Portugees
Nederlands
acomodar, adaptar, ajustar, arranjar {ww.}
accommoderen
aanpassen 
acomodar, adaptar, ajeitar, ajustar {ww.}
aanbrengen 
conformeren
adapteren
aanpassen 
accommoderen
acomodar, colocar {ww.}
plaatsen 
stationeren
situeren
leggen 
Eu consigo colocar as palmas das minhas mãos no chão sem dobrar os joelhos.
Ik kan mijn handpalmen op de vloer plaatsen zonder mijn knieën te buigen.
adaptar, acomodar {ww.}
passend maken


Gerelateerd aan acomodar

adaptar - ajustar - arranjar - ajeitar - colocar