Vertaling van agora

Inhoud:

Portugees
Nederlands
ora, agora {bw.}
nou
nu 
tegenwoordig 
thans


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

E agora?

En?

E agora?

En nu?

Agora estou confuso.

Nu ben ik in de war.

Agora eu me lembro.

Nu weet ik het weer.

Até agora tudo bem.

Tot dusver gaat alles goed.

Agora estou cansado.

Ik ben moe nu.

Onde vocês moram agora?

Waar woont u nu?

Estou sem tempo agora.

Ik heb nu geen tijd.

Agora eu estou no aeroporto.

Ik ben nu op het vliegveld.

Acho que vou parar agora.

Ik denk dat ik nu ophoud.

Eu moro em Quioto agora.

Ik woon nu in Kyoto.

Hmm, agora está realmente estranho...

Eh, nou is het echt raar...

Agora ela está no hotel.

Ze is nu in het hotel.

Posso começar a comer agora?

Mag ik nu beginnen met eten?

É melhor que você faça isso agora.

Het is beter voor je om het nu te doen.


Gerelateerd aan agora

ora