Vertaling van aula
Inhoud:
Portugees
Nederlands
aula, conferência letiva, preleção {zn.}
spreekbeurt
voordracht
lezing
voordracht
lezing
Voorbeelden in zinsverband
Portugees
Nederlands
Nossa aula começa às oito.
Onze school begint om acht uur.
Alguns rapazes entraram na sala de aula.
Een paar jongens kwamen het klaslokaal binnen.
A aula começa às dez horas.
De les begint om tien uur.
Você nunca tem aula ou o quê?
Heb je nooit les of zo?
Havia um bom tanto de estudantes ausentes da aula hoje.
Er waren redelijk wat leerlingen niet in de les vandaag.
Ele correu para dentro da sala de aula.
Hij rende het klaslokaal in.