Vertaling van raiz

Inhoud:

Portugees
Nederlands
raiz {zn.}
wortel  [m]
radix
stam [m]
Qual é a raiz quadrada de 100?
Wat is de wortel van 100?
O dinheiro é a raiz de todos os males.
Geld is de wortel van alle kwaad.


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

Qual é a raiz quadrada de 100?

Wat is de wortel van 100?

O dinheiro é a raiz de todos os males.

Geld is de wortel van alle kwaad.