Vertaling van tal
Voorbeelden in zinsverband
Tal pai, tal filho.
Zo vader, zo zoon.
Você pensa que tal coisa é possível?
Denk je dat zoiets mogelijk is?
Pelo que eu sei, não existe tal palavra.
Voor zover ik weet bestaat zo'n woord niet.
Nunca ouvi tal história em toda a minha vida.
Ik heb nog nooit zo'n verhaal gehoord.
Até mesmo uma criança pode fazer tal coisa.
Zelfs een kind kan zoiets doen.
Este romance descreve a vida do japonês tal como era há cem anos.
Deze roman beschrijft het leven van de Japanners zoals het honderd jaar geleden was.
É possível indicar a data em que nasceu um idioma? "Mas que pergunta!", você tende a dizer. E mesmo assim tal data existe: 26 de julho, o Dia do Esperanto. Nesse dia, em 1887, apareceu em Varsóvia um livrinho de Ludwik Lejzer Zamenhof sobre a "Língua Internacional".
Kan men een datum aanduiden, waarop een taal begon te leven? Men is geneigd te antwoorden: "Wat een vraag!" . En toch bestaat er zulk een datum: 26 juli, Esperantodag. Op die dag in 1887 verscheen in Warschau een brochure van Ludwik Lejzer Zamenhof over de "Internationale Taal".