Vertaling van visto

Inhoud:

Portugees
Nederlands
visto {zn.}
visum [o]
Tenho um visto.
Ik heb een visum.


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

Tenho um visto.

Ik heb een visum.

Queria tê-la visto.

Ik wou dat ik haar gezien had.

Eu tenho um visto de turista.

Ik heb een toeristenvisum.

O que eu visto: calças ou uma saia?

Wat zal ik aantrekken: een broek of een rok?

Eu me lembro de ter visto este filme.

Ik weet nog dat ik de film gezien heb.

Por favor, empreste-me o vídeo quando o tiver visto.

Wilt ge de film aan mij uitlenen als ge hem gezien hebt?