Vertaling van vi

Inhoud:

Zweeds
Nederlands
vi {pers. vnw.}
we
wij 


Voorbeelden in zinsverband

Zweeds
Nederlands

När kan vi äta?

Wanneer kunnen we eten?

Vi ses i morgon!

Tot morgen!

Vi är män.

We zijn mannen.

Vi ska se.

We zullen zien.

Vi bor nära stationen.

We wonen dicht bij het station.

Vad äter vi ikväll?

Wat eten we vanavond?

Vi har inget socker.

We hebben geen suiker.

Vi har två barn.

We hebben twee kinderen.

Vi spelar ofta schack.

Wij spelen dikwijls schaak.

Vi behöver en ambulans.

We hebben een ambulance nodig.

Vi har för många lektioner.

We hebben te veel lessen.

Vi föddes på samma dag.

We zijn op dezelfde dag geboren.

Vi satt mitt i rummet.

We zaten in het midden van de kamer.

Vi drack soju i karaokebaren.

We dronken soju in de karaokebar.

Vi kan inte leva utan luft.

We kunnen niet leven zonder lucht.