Vervoeging van untergehen
Onbepaalde wijs (infinitief): untergehen
Duits
Nederlands
Präsens Indikativ
- ich gehe unter
- du gehst unter
- er/sie/es geht unter
- wir gehen unter
- ihr geht unter
- sie gehen unter
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verga
- jij vergaat
- hij/zij/het vergaat
- wij vergaan
- jullie vergaan
- zij vergaan
Präteritum Indikativ
- ich ging unter
- du gingst unter
- er/sie/es ging unter
- wir gingen unter
- ihr gingt unter
- sie gingen unter
Onvoltooid verleden tijd
- ik verging
- jij verging
- hij/zij/het verging
- wij vergingen
- jullie vergingen
- zij vergingen
Perfekt Indikativ
- ich bin untergegangen
- du bist untergegangen
- er/sie/es ist untergegangen
- wir sind untergegangen
- ihr seid untergegangen
- sie sind untergegangen
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben vergaan
- jij bent vergaan
- hij/zij/het is vergaan
- wij zijn vergaan
- jullie zijn vergaan
- zij zijn vergaan
Plusquamperfekt Indikativ
- ich war untergegangen
- du warst untergegangen
- er/sie/es war untergegangen
- wir waren untergegangen
- ihr wart untergegangen
- sie waren untergegangen
Voltooid verleden tijd
- ik was vergaan
- jij was vergaan
- hij/zij/het was vergaan
- wij waren vergaan
- jullie waren vergaan
- zij waren vergaan
Futur I Indikativ
- ich werde untergehen
- du wirst untergehen
- er/sie/es wird untergehen
- wir werden untergehen
- ihr werdet untergehen
- sie werden untergehen
Toekomende tijd I
- ik zal vergaan
- jij zult vergaan
- hij/zij/het zal vergaan
- wij zullen vergaan
- jullie zullen vergaan
- zij zullen vergaan
Futur II Indikativ
- ich werde untergegangen sein
- du wirst untergegangen sein
- er/sie/es wird untergegangen sein
- wir werden untergegangen sein
- ihr werdet untergegangen sein
- sie werden untergegangen sein
Toekomende tijd II
- ik zal vergaan zijn
- jij zult vergaan zijn
- hij/zij/het zal vergaan zijn
- wij zullen vergaan zijn
- jullie zullen vergaan zijn
- zij zullen vergaan zijn
Futur I Konjunktiv II
- ich würde untergehen
- du würdest untergehen
- er/sie/es würde untergehen
- wir würden untergehen
- ihr würdet untergehen
- sie würden untergehen
Conditionalis I
- ik zou vergaan
- jij zou vergaan
- hij/zij/het zou vergaan
- wij zouden vergaan
- jullie zouden vergaan
- zij zouden vergaan
Futur II Konjunktiv II
- ich würde untergegangen sein
- du würdest untergegangen sein
- er/sie/es würde untergegangen sein
- wir würden untergegangen sein
- ihr würdet untergegangen sein
- sie würden untergegangen sein
Conditionalis II
- ik zou zijn vergaan
- jij zou zijn vergaan
- hij/zij/het zou zijn vergaan
- wij zouden zijn vergaan
- jullie zouden zijn vergaan
- zij zouden zijn vergaan
Imperativ
- du geh(e) unter
- ihr geht unter
Imperatief
- jij verga
- jullie vergaat