Vervoeging van accede
Onbepaalde wijs (infinitief): to accede
Engels
Nederlands
Present
- I accede
- you accede
- he/she/it accedes
- we accede
- you accede
- they accede
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik treed toe
- jij treedt toe
- hij/zij/het treedt toe
- wij treden toe
- jullie treden toe
- zij treden toe
Simple past
- I acceded
- you acceded
- he/she/it acceded
- we acceded
- you acceded
- they acceded
Onvoltooid verleden tijd
- ik trad toe
- jij trad toe
- hij/zij/het trad toe
- wij traden toe
- jullie traden toe
- zij traden toe
Present perfect
- I have acceded
- you have acceded
- he/she/it has acceded
- we have acceded
- you have acceded
- they have acceded
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben toegetreden
- jij bent toegetreden
- hij/zij/het is toegetreden
- wij zijn toegetreden
- jullie zijn toegetreden
- zij zijn toegetreden
Past perfect
- I had acceded
- you had acceded
- he/she/it had acceded
- we had acceded
- you had acceded
- they had acceded
Voltooid verleden tijd
- ik was toegetreden
- jij was toegetreden
- hij/zij/het was toegetreden
- wij waren toegetreden
- jullie waren toegetreden
- zij waren toegetreden
Future
- I will accede
- you will accede
- he/she/it will accede
- we will accede
- you will accede
- they will accede
Toekomende tijd I
- ik zal toetreden
- jij zult toetreden
- hij/zij/het zal toetreden
- wij zullen toetreden
- jullie zullen toetreden
- zij zullen toetreden
Future perfect
- I will have acceded
- you will have acceded
- he/she/it will have acceded
- we will have acceded
- you will have acceded
- they will have acceded
Toekomende tijd II
- ik zal toegetreden zijn
- jij zult toegetreden zijn
- hij/zij/het zal toegetreden zijn
- wij zullen toegetreden zijn
- jullie zullen toegetreden zijn
- zij zullen toegetreden zijn
Conditional present
- I would accede
- you would accede
- he/she/it would accede
- we would accede
- you would accede
- they would accede
Conditionalis I
- ik zou toetreden
- jij zou toetreden
- hij/zij/het zou toetreden
- wij zouden toetreden
- jullie zouden toetreden
- zij zouden toetreden
Conditional perfect
- I would have acceded
- you would have acceded
- he/she/it would have acceded
- we would have acceded
- you would have acceded
- they would have acceded
Conditionalis II
- ik zou zijn toegetreden
- jij zou zijn toegetreden
- hij/zij/het zou zijn toegetreden
- wij zouden zijn toegetreden
- jullie zouden zijn toegetreden
- zij zouden zijn toegetreden
Imperative
- you accede
- you accede
Imperatief
- jij treed toe
- jullie treedt toe