Vervoeging van overtax

Engels

Nederlands

Present

  • I overtax
  • you overtax
  • he/she/it overtaxes
  • we overtax
  • you overtax
  • they overtax

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik misbruik
  • jij misbruikt
  • hij/zij/het misbruikt
  • wij misbruiken
  • jullie misbruiken
  • zij misbruiken

Simple past

  • I overtaxed
  • you overtaxed
  • he/she/it overtaxed
  • we overtaxed
  • you overtaxed
  • they overtaxed

Onvoltooid verleden tijd

  • ik misbruikte
  • jij misbruikte
  • hij/zij/het misbruikte
  • wij misbruikten
  • jullie misbruikten
  • zij misbruikten

Present perfect

  • I have overtaxed
  • you have overtaxed
  • he/she/it has overtaxed
  • we have overtaxed
  • you have overtaxed
  • they have overtaxed

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb misbruikt
  • jij hebt misbruikt
  • hij/zij/het heeft misbruikt
  • wij hebben misbruikt
  • jullie hebben misbruikt
  • zij hebben misbruikt

Past perfect

  • I had overtaxed
  • you had overtaxed
  • he/she/it had overtaxed
  • we had overtaxed
  • you had overtaxed
  • they had overtaxed

Voltooid verleden tijd

  • ik had misbruikt
  • jij had misbruikt
  • hij/zij/het had misbruikt
  • wij hadden misbruikt
  • jullie hadden misbruikt
  • zij hadden misbruikt

Future

  • I will overtax
  • you will overtax
  • he/she/it will overtax
  • we will overtax
  • you will overtax
  • they will overtax

Toekomende tijd I

  • ik zal misbruiken
  • jij zult misbruiken
  • hij/zij/het zal misbruiken
  • wij zullen misbruiken
  • jullie zullen misbruiken
  • zij zullen misbruiken

Future perfect

  • I will have overtaxed
  • you will have overtaxed
  • he/she/it will have overtaxed
  • we will have overtaxed
  • you will have overtaxed
  • they will have overtaxed

Toekomende tijd II

  • ik zal misbruikt hebben
  • jij zult misbruikt hebben
  • hij/zij/het zal misbruikt hebben
  • wij zullen misbruikt hebben
  • jullie zullen misbruikt hebben
  • zij zullen misbruikt hebben

Conditional present

  • I would overtax
  • you would overtax
  • he/she/it would overtax
  • we would overtax
  • you would overtax
  • they would overtax

Conditionalis I

  • ik zou misbruiken
  • jij zou misbruiken
  • hij/zij/het zou misbruiken
  • wij zouden misbruiken
  • jullie zouden misbruiken
  • zij zouden misbruiken

Conditional perfect

  • I would have overtaxed
  • you would have overtaxed
  • he/she/it would have overtaxed
  • we would have overtaxed
  • you would have overtaxed
  • they would have overtaxed

Conditionalis II

  • ik zou hebben misbruikt
  • jij zou hebben misbruikt
  • hij/zij/het zou hebben misbruikt
  • wij zouden hebben misbruikt
  • jullie zouden hebben misbruikt
  • zij zouden hebben misbruikt

Imperative

  • you overtax
  • you overtax

Imperatief

  • jij misbruik
  • jullie misbruikt

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van overtax