Vervoeging van aanrijpen
Onbepaalde wijs (infinitief): aanrijpen
Er is helaas geen Engelse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het rijpt aan
- zij rijpen aan
Onvoltooid verleden tijd
- hij/zij/het rijpte aan
- zij rijpten aan
Voltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het is aangerijpt
- zij zijn aangerijpt
Voltooid verleden tijd
- hij/zij/het was aangerijpt
- zij waren aangerijpt
Toekomende tijd I
- hij/zij/het zal aanrijpen
- zij zult aanrijpen
Toekomende tijd II
- hij/zij/het zal aangerijpt zijn
- zij zult aangerijpt zijn
Conditionalis I
- hij/zij/het zal aanrijpen
- zij zullen aanrijpen
Conditionalis II
- hij/zij/het zal zijn aangerijpt
- zij zullen zijn aangerijpt