Vervoeging van aanzuiveren
Onbepaalde wijs (infinitief): aanzuiveren
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik zuiver aan
- jij zuivert aan
- hij/zij/het zuivert aan
- wij zuiveren aan
- jullie zuiveren aan
- zij zuiveren aan
Present
- I pay
- you pay
- he/she/it pays
- we pay
- you pay
- they pay
Onvoltooid verleden tijd
- ik zuiverde aan
- jij zuiverde aan
- hij/zij/het zuiverde aan
- wij zuiverden aan
- jullie zuiverden aan
- zij zuiverden aan
Simple past
- I paid
- you paid
- he/she/it paid
- we paid
- you paid
- they paid
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb aangezuiverd
- jij hebt aangezuiverd
- hij/zij/het heeft aangezuiverd
- wij hebben aangezuiverd
- jullie hebben aangezuiverd
- zij hebben aangezuiverd
Present perfect
- I have paid
- you have paid
- he/she/it has paid
- we have paid
- you have paid
- they have paid
Voltooid verleden tijd
- ik had aangezuiverd
- jij had aangezuiverd
- hij/zij/het had aangezuiverd
- wij hadden aangezuiverd
- jullie hadden aangezuiverd
- zij hadden aangezuiverd
Past perfect
- I had paid
- you had paid
- he/she/it had paid
- we had paid
- you had paid
- they had paid
Toekomende tijd I
- ik zal aanzuiveren
- jij zult aanzuiveren
- hij/zij/het zal aanzuiveren
- wij zullen aanzuiveren
- jullie zullen aanzuiveren
- zij zullen aanzuiveren
Future
- I will pay
- you will pay
- he/she/it will pay
- we will pay
- you will pay
- they will pay
Toekomende tijd II
- ik zal aangezuiverd hebben
- jij zult aangezuiverd hebben
- hij/zij/het zal aangezuiverd hebben
- wij zullen aangezuiverd hebben
- jullie zullen aangezuiverd hebben
- zij zullen aangezuiverd hebben
Future perfect
- I will have paid
- you will have paid
- he/she/it will have paid
- we will have paid
- you will have paid
- they will have paid
Conditionalis I
- ik zou aanzuiveren
- jij zou aanzuiveren
- hij/zij/het zou aanzuiveren
- wij zouden aanzuiveren
- jullie zouden aanzuiveren
- zij zouden aanzuiveren
Conditional present
- I would pay
- you would pay
- he/she/it would pay
- we would pay
- you would pay
- they would pay
Conditionalis II
- ik zou hebben aangezuiverd
- jij zou hebben aangezuiverd
- hij/zij/het zou hebben aangezuiverd
- wij zouden hebben aangezuiverd
- jullie zouden hebben aangezuiverd
- zij zouden hebben aangezuiverd
Conditional perfect
- I would have paid
- you would have paid
- he/she/it would have paid
- we would have paid
- you would have paid
- they would have paid
Imperatief
- jij zuiver aan
- jullie zuivert aan
Imperative
- you pay
- you pay