Vervoeging van aflaveren
Onbepaalde wijs (infinitief): aflaveren
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het laveert af
- zij laveren af
Onvoltooid verleden tijd
- hij/zij/het laveerde af
- zij laveerden af
Voltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het heeft afgelaveerd
- zij hebben afgelaveerd
Voltooid verleden tijd
- hij/zij/het had afgelaveerd
- zij hadden afgelaveerd
Toekomende tijd I
- hij/zij/het zal aflaveren
- zij zult aflaveren
Toekomende tijd II
- hij/zij/het zal afgelaveerd hebben
- zij zult afgelaveerd hebben
Conditionalis I
- hij/zij/het zal aflaveren
- zij zullen aflaveren
Conditionalis II
- hij/zij/het zal hebben afgelaveerd
- zij zullen hebben afgelaveerd