Vervoeging van binnenstuiven

Onbepaalde wijs (infinitief): binnenstuiven

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik stuif binnen
    • jij stuift binnen
    • hij/zij/het stuift binnen
    • wij stuiven binnen
    • jullie stuiven binnen
    • zij stuiven binnen
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik stoof binnen
    • jij stoof binnen
    • hij/zij/het stoof binnen
    • wij stoven binnen
    • jullie stoven binnen
    • zij stoven binnen
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik ben binnengestoven
    • jij bent binnengestoven
    • hij/zij/het is binnengestoven
    • wij zijn binnengestoven
    • jullie zijn binnengestoven
    • zij zijn binnengestoven
  • Voltooid verleden tijd

    • ik was binnengestoven
    • jij was binnengestoven
    • hij/zij/het was binnengestoven
    • wij waren binnengestoven
    • jullie waren binnengestoven
    • zij waren binnengestoven
  • Toekomende tijd I

    • ik zal binnenstuiven
    • jij zult binnenstuiven
    • hij/zij/het zal binnenstuiven
    • wij zullen binnenstuiven
    • jullie zullen binnenstuiven
    • zij zullen binnenstuiven
  • Toekomende tijd II

    • ik zal binnengestoven zijn
    • jij zult binnengestoven zijn
    • hij/zij/het zal binnengestoven zijn
    • wij zullen binnengestoven zijn
    • jullie zullen binnengestoven zijn
    • zij zullen binnengestoven zijn
  • Conditionalis I

    • ik zou binnenstuiven
    • jij zou binnenstuiven
    • hij/zij/het zou binnenstuiven
    • wij zouden binnenstuiven
    • jullie zouden binnenstuiven
    • zij zouden binnenstuiven
  • Conditionalis II

    • ik zou zijn binnengestoven
    • jij zou zijn binnengestoven
    • hij/zij/het zou zijn binnengestoven
    • wij zouden zijn binnengestoven
    • jullie zouden zijn binnengestoven
    • zij zouden zijn binnengestoven
  • Imperatief

    • jij stuif binnen
    • jullie stuift binnen

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van binnenstuiven