Vervoeging van destilleren
Onbepaalde wijs (infinitief): destilleren
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik destilleer
- jij destilleert
- hij/zij/het destilleert
- wij destilleren
- jullie destilleren
- zij destilleren
Onvoltooid verleden tijd
- ik destilleerde
- jij destilleerde
- hij/zij/het destilleerde
- wij destilleerden
- jullie destilleerden
- zij destilleerden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gedestilleerd
- jij hebt gedestilleerd
- hij/zij/het heeft gedestilleerd
- wij hebben gedestilleerd
- jullie hebben gedestilleerd
- zij hebben gedestilleerd
Voltooid verleden tijd
- ik had gedestilleerd
- jij had gedestilleerd
- hij/zij/het had gedestilleerd
- wij hadden gedestilleerd
- jullie hadden gedestilleerd
- zij hadden gedestilleerd
Toekomende tijd I
- ik zal destilleren
- jij zult destilleren
- hij/zij/het zal destilleren
- wij zullen destilleren
- jullie zullen destilleren
- zij zullen destilleren
Toekomende tijd II
- ik zal gedestilleerd hebben
- jij zult gedestilleerd hebben
- hij/zij/het zal gedestilleerd hebben
- wij zullen gedestilleerd hebben
- jullie zullen gedestilleerd hebben
- zij zullen gedestilleerd hebben
Conditionalis I
- ik zou destilleren
- jij zou destilleren
- hij/zij/het zou destilleren
- wij zouden destilleren
- jullie zouden destilleren
- zij zouden destilleren
Conditionalis II
- ik zou hebben gedestilleerd
- jij zou hebben gedestilleerd
- hij/zij/het zou hebben gedestilleerd
- wij zouden hebben gedestilleerd
- jullie zouden hebben gedestilleerd
- zij zouden hebben gedestilleerd
Imperatief
- jij destilleer
- jullie destilleert