Vervoeging van ficheren
Onbepaalde wijs (infinitief): ficheren
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik ficheer
- jij ficheert
- hij/zij/het ficheert
- wij ficheren
- jullie ficheren
- zij ficheren
Onvoltooid verleden tijd
- ik ficheerde
- jij ficheerde
- hij/zij/het ficheerde
- wij ficheerden
- jullie ficheerden
- zij ficheerden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geficheerd
- jij hebt geficheerd
- hij/zij/het heeft geficheerd
- wij hebben geficheerd
- jullie hebben geficheerd
- zij hebben geficheerd
Voltooid verleden tijd
- ik had geficheerd
- jij had geficheerd
- hij/zij/het had geficheerd
- wij hadden geficheerd
- jullie hadden geficheerd
- zij hadden geficheerd
Toekomende tijd I
- ik zal ficheren
- jij zult ficheren
- hij/zij/het zal ficheren
- wij zullen ficheren
- jullie zullen ficheren
- zij zullen ficheren
Toekomende tijd II
- ik zal geficheerd hebben
- jij zult geficheerd hebben
- hij/zij/het zal geficheerd hebben
- wij zullen geficheerd hebben
- jullie zullen geficheerd hebben
- zij zullen geficheerd hebben
Conditionalis I
- ik zou ficheren
- jij zou ficheren
- hij/zij/het zou ficheren
- wij zouden ficheren
- jullie zouden ficheren
- zij zouden ficheren
Conditionalis II
- ik zou hebben geficheerd
- jij zou hebben geficheerd
- hij/zij/het zou hebben geficheerd
- wij zouden hebben geficheerd
- jullie zouden hebben geficheerd
- zij zouden hebben geficheerd
Imperatief
- jij ficheer
- jullie ficheert