Vervoeging van hagelen
Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het hagelt
- zij hagelen
Onvoltooid verleden tijd
- hij/zij/het hagelde
- zij hagelden
Voltooid tegenwoordige tijd
- hij/zij/het heeft gehageld
- zij hebben gehageld
Voltooid verleden tijd
- hij/zij/het had gehageld
- zij hadden gehageld
Toekomende tijd I
- hij/zij/het zal hagelen
- zij zult hagelen
Toekomende tijd II
- hij/zij/het zal gehageld hebben
- zij zult gehageld hebben
Conditionalis I
- hij/zij/het zal hagelen
- zij zullen hagelen
Conditionalis II
- hij/zij/het zal hebben gehageld
- zij zullen hebben gehageld