Vervoeging van inklinken
Onbepaalde wijs (infinitief): inklinken
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik klink in
- jij klinkt in
- hij/zij/het klinkt in
- wij klinken in
- jullie klinken in
- zij klinken in
Onvoltooid verleden tijd
- ik klonk in
- jij klonk in
- hij/zij/het klonk in
- wij klonken in
- jullie klonken in
- zij klonken in
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb ingeklonken
- jij hebt ingeklonken
- hij/zij/het heeft ingeklonken
- wij hebben ingeklonken
- jullie hebben ingeklonken
- zij hebben ingeklonken
Voltooid verleden tijd
- ik had ingeklonken
- jij had ingeklonken
- hij/zij/het had ingeklonken
- wij hadden ingeklonken
- jullie hadden ingeklonken
- zij hadden ingeklonken
Toekomende tijd I
- ik zal inklinken
- jij zult inklinken
- hij/zij/het zal inklinken
- wij zullen inklinken
- jullie zullen inklinken
- zij zullen inklinken
Toekomende tijd II
- ik zal ingeklonken hebben
- jij zult ingeklonken hebben
- hij/zij/het zal ingeklonken hebben
- wij zullen ingeklonken hebben
- jullie zullen ingeklonken hebben
- zij zullen ingeklonken hebben
Conditionalis I
- ik zou inklinken
- jij zou inklinken
- hij/zij/het zou inklinken
- wij zouden inklinken
- jullie zouden inklinken
- zij zouden inklinken
Conditionalis II
- ik zou hebben ingeklonken
- jij zou hebben ingeklonken
- hij/zij/het zou hebben ingeklonken
- wij zouden hebben ingeklonken
- jullie zouden hebben ingeklonken
- zij zouden hebben ingeklonken
Imperatief
- jij klink in
- jullie klinkt in