Vervoeging van inleven

Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik leef in
    • jij leeft in
    • hij/zij/het leeft in
    • wij leven in
    • jullie leven in
    • zij leven in
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik leefde in
    • jij leefde in
    • hij/zij/het leefde in
    • wij leefden in
    • jullie leefden in
    • zij leefden in
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb ingeleefd
    • jij hebt ingeleefd
    • hij/zij/het heeft ingeleefd
    • wij hebben ingeleefd
    • jullie hebben ingeleefd
    • zij hebben ingeleefd
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had ingeleefd
    • jij had ingeleefd
    • hij/zij/het had ingeleefd
    • wij hadden ingeleefd
    • jullie hadden ingeleefd
    • zij hadden ingeleefd
  • Toekomende tijd I

    • ik zal inleven
    • jij zult inleven
    • hij/zij/het zal inleven
    • wij zullen inleven
    • jullie zullen inleven
    • zij zullen inleven
  • Toekomende tijd II

    • ik zal ingeleefd hebben
    • jij zult ingeleefd hebben
    • hij/zij/het zal ingeleefd hebben
    • wij zullen ingeleefd hebben
    • jullie zullen ingeleefd hebben
    • zij zullen ingeleefd hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou inleven
    • jij zou inleven
    • hij/zij/het zou inleven
    • wij zouden inleven
    • jullie zouden inleven
    • zij zouden inleven
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben ingeleefd
    • jij zou hebben ingeleefd
    • hij/zij/het zou hebben ingeleefd
    • wij zouden hebben ingeleefd
    • jullie zouden hebben ingeleefd
    • zij zouden hebben ingeleefd
  • Imperatief

    • jij leef in
    • jullie leeft in

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van inleven