Vervoeging van inzoomen
Onbepaalde wijs (infinitief): inzoomen
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik zoom in
- jij zoomt in
- hij/zij/het zoomt in
- wij zoomen in
- jullie zoomen in
- zij zoomen in
Onvoltooid verleden tijd
- ik zoomde in
- jij zoomde in
- hij/zij/het zoomde in
- wij zoomden in
- jullie zoomden in
- zij zoomden in
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb ingezoomd
- jij hebt ingezoomd
- hij/zij/het heeft ingezoomd
- wij hebben ingezoomd
- jullie hebben ingezoomd
- zij hebben ingezoomd
Voltooid verleden tijd
- ik had ingezoomd
- jij had ingezoomd
- hij/zij/het had ingezoomd
- wij hadden ingezoomd
- jullie hadden ingezoomd
- zij hadden ingezoomd
Toekomende tijd I
- ik zal inzoomen
- jij zult inzoomen
- hij/zij/het zal inzoomen
- wij zullen inzoomen
- jullie zullen inzoomen
- zij zullen inzoomen
Toekomende tijd II
- ik zal ingezoomd hebben
- jij zult ingezoomd hebben
- hij/zij/het zal ingezoomd hebben
- wij zullen ingezoomd hebben
- jullie zullen ingezoomd hebben
- zij zullen ingezoomd hebben
Conditionalis I
- ik zou inzoomen
- jij zou inzoomen
- hij/zij/het zou inzoomen
- wij zouden inzoomen
- jullie zouden inzoomen
- zij zouden inzoomen
Conditionalis II
- ik zou hebben ingezoomd
- jij zou hebben ingezoomd
- hij/zij/het zou hebben ingezoomd
- wij zouden hebben ingezoomd
- jullie zouden hebben ingezoomd
- zij zouden hebben ingezoomd
Imperatief
- jij zoom in
- jullie zoomt in