Vervoeging van logenstraffen
Onbepaalde wijs (infinitief): logenstraffen
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik logenstraf
- jij logenstraft
- hij/zij/het logenstraft
- wij logenstraffen
- jullie logenstraffen
- zij logenstraffen
Onvoltooid verleden tijd
- ik logenstrafte
- jij logenstrafte
- hij/zij/het logenstrafte
- wij logenstraften
- jullie logenstraften
- zij logenstraften
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gelogenstraft
- jij hebt gelogenstraft
- hij/zij/het heeft gelogenstraft
- wij hebben gelogenstraft
- jullie hebben gelogenstraft
- zij hebben gelogenstraft
Voltooid verleden tijd
- ik had gelogenstraft
- jij had gelogenstraft
- hij/zij/het had gelogenstraft
- wij hadden gelogenstraft
- jullie hadden gelogenstraft
- zij hadden gelogenstraft
Toekomende tijd I
- ik zal logenstraffen
- jij zult logenstraffen
- hij/zij/het zal logenstraffen
- wij zullen logenstraffen
- jullie zullen logenstraffen
- zij zullen logenstraffen
Toekomende tijd II
- ik zal gelogenstraft hebben
- jij zult gelogenstraft hebben
- hij/zij/het zal gelogenstraft hebben
- wij zullen gelogenstraft hebben
- jullie zullen gelogenstraft hebben
- zij zullen gelogenstraft hebben
Conditionalis I
- ik zou logenstraffen
- jij zou logenstraffen
- hij/zij/het zou logenstraffen
- wij zouden logenstraffen
- jullie zouden logenstraffen
- zij zouden logenstraffen
Conditionalis II
- ik zou hebben gelogenstraft
- jij zou hebben gelogenstraft
- hij/zij/het zou hebben gelogenstraft
- wij zouden hebben gelogenstraft
- jullie zouden hebben gelogenstraft
- zij zouden hebben gelogenstraft
Imperatief
- jij logenstraf
- jullie logenstraft