Vervoeging van nablaffen

Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik blaf na
    • jij blaft na
    • hij/zij/het blaft na
    • wij blaffen na
    • jullie blaffen na
    • zij blaffen na
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik blafte na
    • jij blafte na
    • hij/zij/het blafte na
    • wij blaften na
    • jullie blaften na
    • zij blaften na
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb nageblaft
    • jij hebt nageblaft
    • hij/zij/het heeft nageblaft
    • wij hebben nageblaft
    • jullie hebben nageblaft
    • zij hebben nageblaft
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had nageblaft
    • jij had nageblaft
    • hij/zij/het had nageblaft
    • wij hadden nageblaft
    • jullie hadden nageblaft
    • zij hadden nageblaft
  • Toekomende tijd I

    • ik zal nablaffen
    • jij zult nablaffen
    • hij/zij/het zal nablaffen
    • wij zullen nablaffen
    • jullie zullen nablaffen
    • zij zullen nablaffen
  • Toekomende tijd II

    • ik zal nageblaft hebben
    • jij zult nageblaft hebben
    • hij/zij/het zal nageblaft hebben
    • wij zullen nageblaft hebben
    • jullie zullen nageblaft hebben
    • zij zullen nageblaft hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou nablaffen
    • jij zou nablaffen
    • hij/zij/het zou nablaffen
    • wij zouden nablaffen
    • jullie zouden nablaffen
    • zij zouden nablaffen
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben nageblaft
    • jij zou hebben nageblaft
    • hij/zij/het zou hebben nageblaft
    • wij zouden hebben nageblaft
    • jullie zouden hebben nageblaft
    • zij zouden hebben nageblaft
  • Imperatief

    • jij blaf na
    • jullie blaft na