Vervoeging van nastreven
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik streef na
- jij streeft na
- hij/zij/het streeft na
- wij streven na
- jullie streven na
- zij streven na
Onvoltooid verleden tijd
- ik streefde na
- jij streefde na
- hij/zij/het streefde na
- wij streefden na
- jullie streefden na
- zij streefden na
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb nagestreefd
- jij hebt nagestreefd
- hij/zij/het heeft nagestreefd
- wij hebben nagestreefd
- jullie hebben nagestreefd
- zij hebben nagestreefd
Voltooid verleden tijd
- ik had nagestreefd
- jij had nagestreefd
- hij/zij/het had nagestreefd
- wij hadden nagestreefd
- jullie hadden nagestreefd
- zij hadden nagestreefd
Toekomende tijd I
- ik zal nastreven
- jij zult nastreven
- hij/zij/het zal nastreven
- wij zullen nastreven
- jullie zullen nastreven
- zij zullen nastreven
Toekomende tijd II
- ik zal nagestreefd hebben
- jij zult nagestreefd hebben
- hij/zij/het zal nagestreefd hebben
- wij zullen nagestreefd hebben
- jullie zullen nagestreefd hebben
- zij zullen nagestreefd hebben
Conditionalis I
- ik zou nastreven
- jij zou nastreven
- hij/zij/het zou nastreven
- wij zouden nastreven
- jullie zouden nastreven
- zij zouden nastreven
Conditionalis II
- ik zou hebben nagestreefd
- jij zou hebben nagestreefd
- hij/zij/het zou hebben nagestreefd
- wij zouden hebben nagestreefd
- jullie zouden hebben nagestreefd
- zij zouden hebben nagestreefd
Imperatief
- jij streef na
- jullie streeft na