Vervoeging van onderbelichten
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik onderbelicht
- jij onderbelicht
- hij/zij/het onderbelicht
- wij onderbelichten
- jullie onderbelichten
- zij onderbelichten
Onvoltooid verleden tijd
- ik onderbelichtte
- jij onderbelichtte
- hij/zij/het onderbelichtte
- wij onderbelichtten
- jullie onderbelichtten
- zij onderbelichtten
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb onderbelicht
- jij hebt onderbelicht
- hij/zij/het heeft onderbelicht
- wij hebben onderbelicht
- jullie hebben onderbelicht
- zij hebben onderbelicht
Voltooid verleden tijd
- ik had onderbelicht
- jij had onderbelicht
- hij/zij/het had onderbelicht
- wij hadden onderbelicht
- jullie hadden onderbelicht
- zij hadden onderbelicht
Toekomende tijd I
- ik zal onderbelichten
- jij zult onderbelichten
- hij/zij/het zal onderbelichten
- wij zullen onderbelichten
- jullie zullen onderbelichten
- zij zullen onderbelichten
Toekomende tijd II
- ik zal onderbelicht hebben
- jij zult onderbelicht hebben
- hij/zij/het zal onderbelicht hebben
- wij zullen onderbelicht hebben
- jullie zullen onderbelicht hebben
- zij zullen onderbelicht hebben
Conditionalis I
- ik zou onderbelichten
- jij zou onderbelichten
- hij/zij/het zou onderbelichten
- wij zouden onderbelichten
- jullie zouden onderbelichten
- zij zouden onderbelichten
Conditionalis II
- ik zou hebben onderbelicht
- jij zou hebben onderbelicht
- hij/zij/het zou hebben onderbelicht
- wij zouden hebben onderbelicht
- jullie zouden hebben onderbelicht
- zij zouden hebben onderbelicht
Imperatief
- jij onderbelicht
- jullie onderbelicht