Vervoeging van onderbelichten
Onbepaalde wijs (infinitief): onderbelichten
Nederlands
Duits
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik onderbelicht
- jij onderbelicht
- hij/zij/het onderbelicht
- wij onderbelichten
- jullie onderbelichten
- zij onderbelichten
Präsens Indikativ
- ich belichte unter
- du belichtest unter
- er/sie/es belichtet unter
- wir belichten unter
- ihr belichtet unter
- sie belichten unter
Onvoltooid verleden tijd
- ik onderbelichtte
- jij onderbelichtte
- hij/zij/het onderbelichtte
- wij onderbelichtten
- jullie onderbelichtten
- zij onderbelichtten
Präteritum Indikativ
- ich belichtete unter
- du belichtetest unter
- er/sie/es belichtete unter
- wir belichteten unter
- ihr belichtetet unter
- sie belichteten unter
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb onderbelicht
- jij hebt onderbelicht
- hij/zij/het heeft onderbelicht
- wij hebben onderbelicht
- jullie hebben onderbelicht
- zij hebben onderbelicht
Perfekt Indikativ
- ich habe unterbelichtet
- du hast unterbelichtet
- er/sie/es hat unterbelichtet
- wir haben unterbelichtet
- ihr habt unterbelichtet
- sie haben unterbelichtet
Voltooid verleden tijd
- ik had onderbelicht
- jij had onderbelicht
- hij/zij/het had onderbelicht
- wij hadden onderbelicht
- jullie hadden onderbelicht
- zij hadden onderbelicht
Plusquamperfekt Indikativ
- ich hatte unterbelichtet
- du hattest unterbelichtet
- er/sie/es hatte unterbelichtet
- wir hatten unterbelichtet
- ihr hattet unterbelichtet
- sie hatten unterbelichtet
Toekomende tijd I
- ik zal onderbelichten
- jij zult onderbelichten
- hij/zij/het zal onderbelichten
- wij zullen onderbelichten
- jullie zullen onderbelichten
- zij zullen onderbelichten
Futur I Indikativ
- ich werde unterbelichten
- du wirst unterbelichten
- er/sie/es wird unterbelichten
- wir werden unterbelichten
- ihr werdet unterbelichten
- sie werden unterbelichten
Toekomende tijd II
- ik zal onderbelicht hebben
- jij zult onderbelicht hebben
- hij/zij/het zal onderbelicht hebben
- wij zullen onderbelicht hebben
- jullie zullen onderbelicht hebben
- zij zullen onderbelicht hebben
Futur II Indikativ
- ich werde unterbelichtet haben
- du wirst unterbelichtet haben
- er/sie/es wird unterbelichtet haben
- wir werden unterbelichtet haben
- ihr werdet unterbelichtet haben
- sie werden unterbelichtet haben
Conditionalis I
- ik zou onderbelichten
- jij zou onderbelichten
- hij/zij/het zou onderbelichten
- wij zouden onderbelichten
- jullie zouden onderbelichten
- zij zouden onderbelichten
Futur I Konjunktiv II
- ich würde unterbelichten
- du würdest unterbelichten
- er/sie/es würde unterbelichten
- wir würden unterbelichten
- ihr würdet unterbelichten
- sie würden unterbelichten
Conditionalis II
- ik zou hebben onderbelicht
- jij zou hebben onderbelicht
- hij/zij/het zou hebben onderbelicht
- wij zouden hebben onderbelicht
- jullie zouden hebben onderbelicht
- zij zouden hebben onderbelicht
Futur II Konjunktiv II
- ich würde unterbelichtet haben
- du würdest unterbelichtet haben
- er/sie/es würde unterbelichtet haben
- wir würden unterbelichtet haben
- ihr würdet unterbelichtet haben
- sie würden unterbelichtet haben
Imperatief
- jij onderbelicht
- jullie onderbelicht
Imperativ
- du belichte unter
- ihr belichtet unter